“Christene
mens, wees bewust van uw waardigheid !”
(H.
Leo, homilie van Kerstmis, 5e eeuw)
Kerstmis, de
vreugde van Gods aanwezigheid op aarde.
Reeds in de
Advent wordt het kerstmysterie in de kijker gezet: we vieren met Kerstmis geen
simpel verjaardagsfeest, maar wel de glorierijke komst van de Heer, vele jaren geleden. Deze komst realiseert zich in de sacramenten en het
leven van de gelovigen. De advent heeft
de blije kleuren van de hoop in zich. Ik
wil u uitnodigen om u op een positieve wijze in te zetten. Deze uitnodiging geldt zowel voor christenen
als voor de mensen van goede wil die ook de boodschap van het Evangelie van
Christus willen opvolgen en getuigen van
zijn aanwezigheid in de wereld.
Kerstmis, de
vreugde van het christen zijn.
Deze vreugde
en fierheid zijn niet uitsluitend verbonden met een getuigenis van christen
zijn, zoals de christenen van het Midden-Oosten die worden geconfronteerd met zware
vervolging, zij zijn fundamenteel
verbonden met het Doopsel waardoor wij ‘christenen’, een ‘andere Christus’ zijn
geworden en dus zoon en dochter van God door het Doopsel. Het is openlijk getuigen van wat
reeds in ons leven werd ingeschreven via de schepping. God is verbonden met
iedereen, met elke mens. Het Doopsel
bevestigt dit en wil dit expliciet realiseren.
Ik kan op die wijze persoonlijk het woord van God ontvangen dat Hij
heeft uitgesproken toen Hij de H. Geest
over Jezus liet neerdalen tijdens zijn doopsel door Johannes.: “Jij bent
mijn geliefde zoon!” Zo komen wij in een
kennis- en liefdevolle relatie met God
de Vader, de Zoon en de H. Geest.
Kerstmis, een
verplichting om ons geloof in ons dagelijks leven te beleven.
Tijdens het
Doopsel, bij de zalving met de heilige Olie, zegt de celebrant:”Vanaf nu ben je
een deel van het lichaam van Christus en jij neemt deel aan zijn waardigheid: als priester, als profeet en als koning.” Terwijl ze de waardigheid van de gedoopte onderlijnen, duiden deze drie
titels ook zijn zending als navolger van
Christus aan. De gedoopte is ‘priester’,
in die zin dat hij geroepen is een levendige band met God te onderhouden, dit in woord en daad. De gedoopte is koning bij het naleven
van zijn verantwoordelijkheden en
engagementen in de geest van Christus als dienaar. Het is belangrijk deze 3 zendingen als een eenheid te aanzien,
zowel voor de christen als persoon en voor de christenen als groep.
Kerstmis 2015,
begin van het jaar van Barmhartigheid.
Om de roeping
te versterken die we bij het Doopsel hebben meegekregen, stelt paus Franciscus
aan de hele gelovige gemeenschap voor om
opnieuw aandacht te hebben voor de werken van barmhartigheid: “Laat ons de
werken van barmhartigheid opnieuw
ontdekken: de hongerigen spijzen, de dorstigen laven, de naakten kleden, de vreemdelingen
herbergen, de zieken verzorgen, de gevangenen bezoeken, de doden begraven.
En
vergeten we de geestelijke werken van barmhartigheid niet: “Goede raad geven
aan degenen die onzeker zijn, de
onwetenden de weg wijzen, de zondaars vermanen, de ongelukkigen troosten, fouten
vergeven, op een geduldige wijze vervelende personen verdragen, bidden tot God
voor de levenden en de doden”
(Misericordiae Vultus, n. 14 – 15)
Door
ons open te stellen voor de pedagogie van de barmhartigheid, kunnen wij
beter de uitdagingen van ons doopsel
inschatten,
Deze
woorden werden door de h. Leo als paus met kracht onderstreept in zijn
toenmalige kerstboodschap:
“Christene mens,
wees bewust van je eigen waardigheid.
Herinner je tot welk volk je behoort en van welk geheel je deel uitmaakt. Door het sacrament van het Doopsel ben je de tempel geworden van de H. Geest!...”
+ Vincent
DOLLMANN
Hulpbisschop van
Straatsburg
Proost van
UMEC-WUCT
Nessun commento:
Posta un commento